De eerste taallessen en Sundak beach - Reisverslag uit Jogjakarta, Indonesië van Roos Sekewael - WaarBenJij.nu De eerste taallessen en Sundak beach - Reisverslag uit Jogjakarta, Indonesië van Roos Sekewael - WaarBenJij.nu

De eerste taallessen en Sundak beach

Blijf op de hoogte en volg Roos

09 September 2013 | Indonesië, Jogjakarta

Ik had gehoopt nu een mooi verslag te kunnen schrijven over Karimunjawa, maar helaas, het mocht niet zo zijn. Donderdagmiddag, terwijl ik mijn tas al aan het inpakken was omdat we die nacht om 2 uur zouden vertrekken met een privé-auto, werden we gebeld door de reisleider dat ons tripje niet door kon gaan. Het was namelijk erg slecht weer in het gebied rond Karimunjawa en het stormde, waardoor het te gevaarlijk was om met de boot naar het eiland te varen. En zoals de reisleider ook zei: onze levens zijn natuurlijk belangrijker. Maar we baalden wel heel erg! We gingen meteen zoeken naar iets anders leuks om het weekend mee te vullen en hadden een paar recensies gelezen over verschillende stranden ten zuiden van Yogyakarta. Sundak beach zou een erg mooi strand zijn, dus we besloten daarheen te gaan op vrijdag. Dat ging nog niet zomaar, op de kaart lijkt Yogyakarta best dicht bij de kust te liggen, maar in de praktijk doe je er minstens 3 uur over! ’s Ochtends tegen 9 uur vertrokken we vanaf onze rumah kos met de taxi naar een groot bus- en treinstation in het zuiden van de stad en van daaruit konden we de bus pakken naar het dorp Wonosari. Dat was een behoorlijk eind, maar wel een mooie rit. Het was fijn om even uit de drukke stad te zijn en wat meer natuur te zien. Tijdens de rit in deze rammelende, airco-loze bus moesten we ook de bergen over, wat wel een mooi uitzicht gaf over de dorpen die beneden lagen. Op de berg zelf lag ook een aantal dorpjes, scholen en toeristische winkeltjes, en zo nu en dan stapten er wat schoolkinderen in en uit de bus. Een paar meisjes praatten even met ons en vroegen waar we vandaan kwamen. Uiteindelijk kwamen we bij het busstation in Wonosari en moesten we nog een eind naar Sundak beach. Op internet hadden we gelezen dat je een minibus kon nemen, maar op het terrein stonden er tientallen en we hadden geen idee welke we moesten nemen, er stond ook nergens een bord. Toen we het terrein opliepen werden we meteen overrompeld door opdringerige chauffeurs die wel aan ons westerlingen wilden verdienen. Dit was erg vervelend, we werden helemaal omsingeld en konden niet even rustig kijken welke minibus we nou moesten nemen en als we zeiden dat we ze niet nodig hadden bleven ze het gewoon proberen. Naast de officiële minibusjes stond er een soort taxibusje en de chauffeur daarvan riep al dat we mee moesten komen. Omdat we toch niet goed wisten waar we heen moesten, volgden we hem maar en hij vertelde dat er geen minibusje naar Sundak beach reed. Of hij de waarheid sprak is me nog steeds een raadsel. Na wat onderhandelen over de prijs van de rit (retour) was het nog steeds aan de prijzige kant, maar we besloten het toch maar te doen. Uiteindelijk was het geen slechte keus, de weg ernaartoe was erg bergachtig en smal met allerlei steile hellingen en scherpe bochten, het leek soms net alsof je in een achtbaan zat, maar de chauffeur was erg behendig en met een minibusje had het zeker een stuk langer geduurd. Na dit avontuur kwamen we eindelijk tussen de middag aan op Sundak beach. Het was een mooie baai met rotsen aan beide kanten, een zandstrand en wilde golven, er was alleen geen mens te bekennen. Alle eetstandjes aan de rand van het strand zagen er ook verlaten en dicht uit. Na even over het strand te hebben gelopen en wat foto’s te hebben gemaakt dachten we eigenlijk: en nu? Het was een beetje té uitgestorven en zwemmen kon en mocht je er ook niet. Gelukkig ontwaakten er toen wat mensen van hun middagdutje en hebben we wat gegeten. Toen kwamen er ook wat meer toeristen het strand op. Omdat we nog zo’n lange reis terug moesten en het om 6 uur al pikkedonker is, besloten we maar weer terug te gaan, eerst met de taxi en toen met de bus naar Yogyakarta. Het was wel mooi om het strand eens gezien te hebben! We gingen meteen door naar Jalan Malioboro, de toeristische winkelstraat in het centrum die vol zit met batikwinkeltjes en souvenirtjes. Bij de ene batikwinkel kan het wel 10 keer zo duur zijn als bij de andere, dus daar moet je goed op letten. Bij een winkel met gemiddelde prijzen heb ik een bordeauxrood batikjurkje gekocht, handig voor zowel op de campus (wel met een broek eronder tot over je knieën) als voor vrije tijd.

Ik verbaas me er nog steeds over hoe de meeste locals, vooral moslima’s, hier rondlopen. Ze dragen altijd een shirt met lange mouwen en een lange spijkerbroek, en veel lopen rond op crocs met sokken. Vaak hebben ze zelfs verschillende lagen over elkaar aan! Ik heb ook mannen gezien met zwarte leren jassen, maar een spatje zweet valt nergens te bekennen. Naast hun geloof is de reden dat mensen bedekkende kleding dragen ook omdat ze niet bruin willen worden. Het is hier de omgekeerde wereld; een witte huid is mooi en getint niet. Ze verkopen hier ook overal whitening crèmes, heel apart. Voor mijzelf maakt het niet zoveel uit of ik bedekkende kleding draag of niet, zweten doe ik toch wel met elke dag 33 graden, dus ik pas me maar zoveel mogelijk aan.

Qua eten is het ook nog een beetje wennen, ik miste de boterham als ontbijt en lunch toch wel snel, maar heb nu een winkel met lekker, normaal brood gevonden. Ook hebben ze hier gewoon pindakaas, hagelslag, jam, nutella, etc. in de supermarkt. Omdat we meestal op stap zijn of op de campus, eet ik als lunch vaak ergens warm. In de kantine bij mijn faculteit hebben ze heerlijk en goedkoop eten zoals soto ayam en bami goreng. ’s Avonds gaan we bijna altijd uit eten en tot nu toe hebben we vooral westers gegeten in (fastfood)restaurants. Veel standjes langs de weg hebben Indisch eten, maar dat durf ik nog niet zo goed aan en vaak zit er ook niemand te eten. Het is ook jammer dat je hier heel hard moet zoeken om pisang goreng, lumper of (goeie) spekkoek te vinden.

Van de week had ik mijn eerste lessen van Inculs, de taalcursus. Het was een verrassend volle klas, zo’n 20 mensen, met in de meerderheid Duitsers, een aantal Koreanen, Japanners, Chinezen, en zes acicis-studenten inclusief wij. De docent sprak alleen Indonesisch, maar legde de grammatica goed en duidelijk uit. Bij de les ‘lezen’ moesten we om de beurt een alinea oplezen van een stukje tekst over Yogyakarta en vervolgens vragen erover beantwoorden (ook alles in het Indonesisch), wat ook wel te doen was. Op donderdag was er een International Student Orientation day georganiseerd voor alle internationale studenten van Universitas Gadjah Mada. De grote meerderheid kwam uit Duitsland, Frankrijk en Nederland. Er was een aantal speeches, we kregen een campus-tour op de fiets en er waren voorstellingen van pencak silat (Indonesische vechtkunst) en Javaanse dans. Het was al voor de middag afgelopen en omdat ik om 13 uur les had, vertalen Engels-Indonesisch, wachtte ik met wat medestudenten bij de faculteit, om vervolgens om 13 uur er achter te komen dat mijn les gecancelled was. Typisch Indonesisch, dat zal ik nog wel wat keren meemaken en heb ik vandaag helaas ook alweer meegemaakt. Ik zou vandaag mijn eerste immersion vak hebben, Apresiasi Film Etnografi, maar toen de les eigenlijk moest beginnen en er nog amper iemand te bekennen was, zagen we een mini-briefje hangen waarop stond dat de leraar in Thailand was. Erg jammer, ik wou graag weten hoe de les zou gaan.

Zondag ben ik met Valerie en Lorraine naar pasar Beringharjo geweest, een grote traditionele markt aan Jalan Malioboro. Het was overdekt, in een groot gebouw met een aantal verdiepingen, en het was er echt een doolhof. Allemaal smalle gangetjes en kraampjes vol met (batik)kleding, groente, fruit en kruiden. Jammer dat het eten niet gekoeld was en het vaak vol zat met vliegen. We zagen ook een paar dooie kakkerlakken op de markt, dus we hebben maar niks gekocht. Bij de kleding stonden er vaak al prijzen bij en mocht je niet afdingen, wat ik eigenlijk wel verwacht had op een traditionele markt. Een beetje een tegenvaller dus. In de lekker frisse Malioboro mall gingen we wat lunchen bij J.Co, waar ze donuts en yoghurtijs verkopen, en ’s avonds gingen we met Ruben, mijn andere studiegenoot uit Leiden, pizza eten bij een goed Italiaans restaurant: Nana Mia.

Morgen heb ik een tweede kans om te kijken hoe de immersion class is, dan heb ik het vak Antropologie van toerisme. Het klinkt interessant, maar verder heb ik geen idee wat ik moet verwachten, net zoals met al mijn andere vakken. Ik hoop maar dat de lessen doorgaan deze week, zodat ik een indruk heb en daarna kan bepalen wat ik wil houden en wat niet.

  • 10 September 2013 - 01:49

    Tante Juut:

    Erg leuk, uitgebreid verslag weer, Roos! (Y)
    Niet te veel fastfood eten hè, strax kom je moddervet terug... :p

    XXX

  • 11 September 2013 - 19:38

    Ineke Verduijn:

    Hoi Roos,
    Mooi foto's zeg! Prachtig strand en je favoriete soep ook al gevonden!
    liefs en XXXma

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Roos

Actief sinds 07 Aug. 2013
Verslag gelezen: 381
Totaal aantal bezoekers 16782

Voorgaande reizen:

15 Juni 2015 - 24 September 2015

Vakantie en stage Indonesië

23 Augustus 2013 - 20 Januari 2014

Semester in Indonesië

Landen bezocht: